Dat is helemaal uit één grond-vorm, één multipel variabele reeks inter-vallen, de vijf tonen h–e–a–e–es afgeleid, de horizon-tale en verticale liggingen worden erdoor bepaald en beheerst, voor zover dat bij een grondmotief met een zo beperkt aantal noten mogelijk is. Het is als een woord, een codewoord waarvan de tekens overal in het lied zijn te vinden en het volledig zouden willen determineren.
Maar het woord is te kort en innerlijk te weinig variabel.
De totale ruimte die het biedt is te beperkt. Je zou van hieruit verder moeten gaan en uit de 12 trappen van het halvetoons alfabet grotere woorden moeten vormen, woorden van twaalf letters, specifieke combinaties en interrelaties van de twaalf halve tonen, seriële vormingen waaruit het stuk, het afzonder-lijke deel of een heel meer-delig werk exact afgeleid zou moeten worden. ‘Een treffende gedachte’ is de eerste reactie van Zeitblom, die deze techniek later een magisch kwadraat noemt.
Thomas Mann, uit Doctor Faustus (pagina 569–570)